DEN HAAG, 3 juli 2024 – In een belangrijke interventie heeft de Europese Unie, samen met meer dan 50 parlementsleden en senatoren uit verschillende Europese landen, de Iraanse regering opgeroepen een einde te maken aan de vervolging van de religieuze bahá’í-minderheid in het land.
In de verklaring van de EU, die werd uitgegeven als antwoord op een parlementaire vraag in het Europees Parlement, staat: “De EU roept de Iraanse autoriteiten met klem op ervoor te zorgen dat alle Iraniërs, met inbegrip van personen die tot etnische, religieuze en taalminderheden behoren, zoals de bahá’ís, ten volle hun mensenrechten en fundamentele vrijheden kunnen genieten.”
De parlementsleden spraken ondertussen hun ontzetting uit over de escalerende aanvallen op bahá’í-vrouwen, die in Iran zowel als vrouw en als bahá’í vervolgd worden.
De escalatie in Iran is “volstrekt onaanvaardbaar”, aldus de gezamenlijke verklaring van de parlementsleden, en vertegenwoordigt “een verontrustende trend van vijandelijkheden tegen een gemeenschap die sinds 1979 systematisch wordt vervolgd”.
De parlementsleden drongen er ook op aan dat de Iraanse autoriteiten “het recht op vrijheid, werk, vrijheid van vereniging en meningsuiting, eigendom, onderwijs” en begrafenis “zonder discriminatie of vooroordelen” zouden handhaven.
“We verwelkomen deze twee krachtige verklaringen waaruit de ernstige en toenemende bezorgdheid in Europa blijkt over het welzijn van de bahá’ís in Iran,” zei Rachel Bayani, de vertegenwoordiger van de Bahá’í International Community (BIC) bij de Europese instellingen in Brussel. “De Iraanse regering moet weten dat hun misdaden tegen de onschuldige bahá’í-gemeenschap in Iran voor iedereen duidelijk zijn geworden – en dat in Europa, en over de hele wereld, hun misbruik van de mensenrechten van vrouwen en minderheden en systematische vervolging van bahá’ís voor de hele wereld zichtbaar zijn.”
In de afgelopen weken heeft de BIC bericht over een escalatie van de onderdrukking van de bahá’í-gemeenschap in Iran – van de vernietiging van landbouwgrond die eigendom is van de bahá’ís tot de toenemende vervolging van bahá’í-vrouwen. De verslechterende situatie heeft geleid tot toenemende steun voor de bahá’ís over de hele wereld, van regeringen, Nobelprijswinnaars voor de vrede, parlementsleden, prominente personen en anderen. En onlangs hebben tien Iraanse vrouwen die in de Evin-gevangenis vastzitten, een openbare brief geschreven waarin ze de vervolging van de bahá’ís door de Islamitische Republiek veroordelen.
Meer dan 200 bahá’ís werden begin jaren 1980 in Iran geëxecuteerd en bahá’ís worden sinds de revolutie van 1979 systematisch vervolgd door de Islamitische Republiek.
