Den Haag, 17 september 2019 — De jaarlijkse Prinsjesdagviering begon deze ochtend in een overvolle Grote Kerk in Den Haag. De viering, bijgewoond door premier Rutte, leden van de Nederlandse regering, de burgemeester van Den Haag en ambassadeurs wordt jaarlijks georganiseerd ter gelegenheid van de opening van het parlementaire jaar door landelijke en lokale religieuze en levensbeschouwelijke organisaties. Vandaag was het thema klimaat en jongeren ‘Zorg nu voor wie dan leeft’ en Namara van Bekkum, zestien jaar, hield de hoofdtoespraak namens Bahá’í-gemeenschap Nederland.
Minister-president M. Rutte, burgemeester van Den Haag mv P. Krikke met deelnemers aan de viering. Foto: Dick den Bakker.
De Prinsjesdagviering in de Grote Kerk werd dit jaar voor de twintigste keer gevierd met bijdragen van bahá´ís, boeddhisten, brahma kumaris, christenen, hindoes, joden, moslims, sikhs, en soefi’s. In zijn openingswoorden sprak de voorzitter en tevens parochievicaris Ad van der Helm dat deze viering gezien kan worden als een breed maatschappelijk gesprek over de toekomst.
Namara van Bekkum opende haar speech met de woorden van ‘Abdu’l-Bahá uit een brief gericht aan de Centrale Organisatie voor een Duurzame Vrede in Den Haag, 1919:
‘Totdat de mensen eensgezind worden, kan geen belangrijke zaak tot stand worden gebracht.’ Ze sprak over de noodzaak van eenheid en samenwerking. ‘Wij krijgen dit probleem niet uit de wereld zolang landen elkaar kunnen blijven tegenwerken.’
Namara van Bekkum draagt namens de bahá’í-gemeenschap de hoofdtoespraak voor. Foto: Dick den Bakker
Julia van Niekerken, dertien jaar, bracht een boodschap vanuit de joodse traditie over de verantwoordelijkheid van mensen. ‘De Eeuwige bracht de mens op de wereld om deze te bewerken en erover te waken’ (Genesis 2:15). Jongere Naomi Moonlion legt vanuit het Boeddhisme uit: ‘We moeten begrijpen dat wij en moeder aarde inter-zijn en dat we samen met haar overleven of sterven. Een bloem kan niet als afzonderlijke identiteit bestaan; zij inter-bestaat met zonlicht, wolken en regen.’ Angelique Bender zei vanuit de soefi-traditie: ‘De natuur is van ons allemaal, voor nu en voor allen die na ons komen’.
De toespraken werden afgewisseld met muzikale bijdragen onder andere door twee koren, een lofzang op de natuur en een interlevensbeschouwelijk creatief onderdeel. Dit was een co-creatie en bracht invloeden uit het Bahá’í-geloof, christendom, humanisme, jodendom en soefisme samen. De muzikale bijdragen wekten gevoelens op van broosheid van de natuur en onze afhankelijkheid van de aarde als mensen.
De interlevensbeschouwelijke Prinsjesdagviering werd voor de twintigste keer gevierd in de Grote Kerk in Den Haag. Foto: Dick den Bakker
Al twintig jaar wordt deze viering verzorgd in nauwe samenwerking met Verus, een vereniging van meer dan 4000 scholen. Marga Martens, voorzitter Inhoudelijke Commissie Prinsjesdagviering, sloot de bijeenkomst af met de woorden: ‘Zorg nu voor wie dan leeft’ is een duidelijke boodschap. Het maakt niet uit van welk land, partij, religie, of levensbeschouwing we ook zijn. We doen het samen, dat is wat hier klinkt, met jong en oud’.
Kijk hier de Prinsjesdagviering 2019 terug.