Einde tienjarige gevangenisstraf laatste lid voormalige Yaran, vervolging bahá’ís gaat door

DEN HAAG, 21 december 2018 (BIC) – Afif Naeimi (56) heeft zijn onterechte gevangenisstraf voltooid, maar tientallen Iraanse bahá’ís blijven in de gevangenis en duizenden worden dagelijks geconfronteerd met vervolging.


Afif Naeimi (in het midden) staat hier met zijn dierbaren in Tehran na het voltooien van zijn onrechtvaardige gevangenisstraf van tien jaar.

Het laatste lid van de zeven voormalige bahá’í-leiders in Iran werd deze week vrijgelaten uit de gevangenis na het uitzitten van een onrechtvaardige gevangenisstraf van tien jaar louter en alleen voor het beoefenen van zijn geloof. De bahá’ís van Iran worden echter nog steeds geconfronteerd met dagelijkse, wijdverbreide vervolging.

Afif Naeimi werd gearresteerd op 14 mei 2008 en aangeklaagd naast andere valse aanklachten voor onder andere spionage, propaganda tegen Iran en de oprichting van een illegaal bestuur. Hij werd samen met de andere zes voormalige leden van de Yaran, een ad-hoc-orgaan dat was belast met het voorzien in de geestelijke en materiële behoeften van de bahá’í-gemeenschap, pas een jaar na hun arrestatie geconfronteerd met deze aanklachten tijdens een schijnproces dat in het geheel niet leek op een eerlijk juridisch proces. De autoriteiten veroordeelden de heer Naeimi en de andere voormalige leden van de Yaran tot tien jaar gevangenisstraf.

Terwijl hij werd vastgehouden ondervond de heer Naeimi ernstige gezondheidsproblemen, vaak zonder toereikende behandeling. De autoriteiten bepaalden met wrede vastberadenheid dat de tijd die hij, een vader van twee kinderen in Teheran, in een ziekenhuis doorbracht om te herstellen niet zou worden meegeteld als onderdeel van zijn straf.

‘We zijn natuurlijk blij dat de heer Naeimi is vrijgelaten. Dit mag echter in geen geval worden gezien als een verbetering van de situatie van de Iraanse bahá’ís in zijn geheel’, zei Diane Ala’i. vertegenwoordiger van de Baha’i International Community (BIC) bij de Verenigde Naties. ‘De grimmige realiteit is dat in Iran talloze bahá’ís nog steeds gevangen zitten vanwege hun geloof en tienduizenden intense vervolging ondergaan, waaronder geen recht op hoger onderwijs, economische vervolging door o.a. winkelsluitingen en intimidatie’.

Iran’s aanhoudende en systematische vervolging van de bahá’í-gemeenschap, waaronder voortdurende arrestaties, willekeurige veroordelingen door rechtbanken en winkelsluitingen, is in de afgelopen maanden veroordeeld door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, het parlement van de Europese Unie en het Amerikaanse Congres, evenals door Australische en Zweedse parlementsleden. Bovendien hebben een toenemend aantal Iraniërs binnen en buiten Iran de vervolging veroordeeld. Net vorige maand veroordeelde een groep Iraanse moslimintellectuelen de ‘systematische en diep gewortelde schending van de rechten van bahá’í-burgers’ en beschreef het als zijnde ‘onmenselijk en in strijd met religieuze en morele verplichtingen’.

De lange geschiedenis van de door de staat gesteunde vervolging van de bahá’ís van Iran is goed gedocumenteerd. De website ‘Archief Vervolging van bahá’ís in Iran’ verzamelt duizenden officiële documenten, rapporten, getuigenissen, foto’s en video’s. Deze onthullen onweerlegbaar bewijs van meedogenloze vervolging, met inbegrip van het doden of de terechtstelling van meer dan 200 bahá’ís sinds de Iraanse revolutie in 1979. Ook het rapport van oktober 2016 ‘The Baha’i Question Revisited: Persecution and Resilience in Iran’ beschrijft de systematische vervolging van de bahá’ís door de Iraanse regering.

Bron: https://www.bic.org/news/last-member-former-yaran-ends-prison-term-persecution-continues